DE VEENDERIJ

Rond het jaar 953 is het vervenen in de Vechtstreek begonnen. Veen is een bepaald type grond dat bestaat uit afgestorven planten. Als je deze grond droogt, ontstaat er turf. Dat is handig, want turf kan als brandstof gebruikt worden!

Audiofragment

Productie: Het Fotogenieke Geluid (www.verhaalplekken.nl)

 

“Mijn naam is Co Schouten, geboren in Maarsseveen in de Molenpolder en ik ben rondleider bij dit museum. Ik heb 77 jaar gewoond  op de Oudedijk midden in streek waar ook al mijn voorouders woonden.Mijn grootvader was een klein tuinder en ook broodvisser en onze buurman had een kleine boerderij. Bij hen heb ik in mijn jonge jaren veel mee geholpen en daardoor veel geleerd.”

Bagger

In het laagveen worden de afgestorven planten uit het water omhooggehaald met een baggerbeugel. Deze bagger wordt dan op de kant gestort, op de zogenaamde legakker. De bagger wordt daar te drogen gelegd in een vak van houten schotten van  zo’n 40 cm hoog.

Van bagger naar turf

Veenarbeiders lopen met treeplankjes of treekrukken over de bagger heen om de laag aan te stampen. Als de bagger te snel droogt, scheurt het. Om dat te voorkomen wordt de turf met de boezemschop wat bevochtigd.
Vervolgens trekt de veenarbeider met een soort hark, de klauw of krabber strepen over het dikke veenplak. De turf kan dan recht langs de streep worden afgestoken met het steekijzer of stikijzer.

Turven

De losgetrokken turven worden opgestapeld en met wat riet afgedekt. Wind en zon zorgen voor het verder drogen. Als de turf voldoende gedroogd is kan het met een bootje (de schouw) naar de stad vervoerd.

Beter dan landbouwgrond?

In de 14e, 15e en 16e eeuw verdienen veen boeren meer met het verkopen van turf dan met het houden van vee. Ze verkopen steeds meer van hun land als turf. Als gevolg worden de akkers smaller en de sloten breder.
De brede stroken water tussen de akkers noemen we petgaten. Veengrond is slap en met een flinke storm slaan de golven stukken van de oever weg. Op die manier groeien petgaten uit tot plassen.

Boeren en arbeiders

Terwijl de veenboeren het goed hebben en veel geld verdienen, leiden de veenarbeiders een zwaar en armoedig bestaan. Ze werken lange dagen voor lage lonen. Met hun vaak grote gezinnen wonen ze in kleine huisjes langs de weg, van waar ze uitkijken op het vele water en de steeds smallere strook grond.